Tekst Menno Groenewegen en Fleur Kortenbach
“Het is fantastisch om hier mee aan de slag te gaan”, aan het woord is Jaap van der Weerd, wetenschapper bij het team Microsporen van het NFI. “Vanuit het NFI ga ik deelnemen aan een Europees project om het forensisch microscopisch onderzoek verregaand te automatiseren. In het project gaan we in een consortium samenwerken met o.a. de Grieken, Roemenen, Spanjaarden en de Fransen. Naast het NFI neemt de Hogeschool van Amsterdam ook vanuit Nederland deel.”
De Franse Gendarmerie is de initiatiefnemer van het project ‘Shuttle’ en indiener van het projectvoorstel. Op basis van dat voorstel heeft het EU-programma Secure Societies (onderdeel van EU Horizon 2020) kort geleden besloten een subsidie van tien miljoen euro beschikbaar te stellen.
Grootste winst en beter sporen vinden
De grootste winst van deze automatisering zit naar verwachting in het objectiveerbaar, wetenschappelijk maken van de forensische microspie. Onderzoek is straks beter wetenschappelijk onderbouwd, internationaal reproduceerbaar en vergelijkbaar. Ook zal de snelheid en efficiëntie van microscopisch onderzoek sterk verbeteren.
“We gaan nog beter worden in het vinden van sporen, ook bij niet van tevoren verwachte sporen. Als men vraagt om onderzoek naar vezelsporen vinden we straks automatisch ook glassporen, zandkorrels en biologische sporen zoals bloed, sperma, haren en dergelijke, die voor het strafrechtelijk onderzoek van belang kunnen zijn.”
Niet getwijfeld in te haken
“Ik ben bij het NFI al zes, zeven jaar aan het kijken in hoeverre forensische microscopie te automatiseren is. Maar dat doe ik naast de rest van mijn werk, in de uren aan de randen van de dag. Dus toen mijn Franse collega mij mailde met de boodschap dat hij vond dat we dit in Europees verband écht serieus moesten gaan oppakken, heb ik niet getwijfeld om daar op in te haken”, glimlacht Van der Weerd.
Interesse in prototype
Tijdens het IAFS congres in Toronto in september 2017, heeft Van der Weerd het prototype laten zien dat hij zelf reeds had ontwikkeld. Daar was flink wat internationale interesse voor. “Ik kreeg na mijn presentatie uit diverse hoeken te horen dat mensen graag op de hoogte wilde blijven van de ontwikkelingen. Maar om dit echt verder te brengen moet je zeer specialistische kennis en techniek in huis halen.”
‘Diep’ chemische en ICT kennis
Het Shuttle-project is een zogenoemd procurement-project, dat erop gericht is om bestaande, specialistische kennis en technieken in te kopen. “We kunnen nu de mensen en bedrijven met bijvoorbeeld diep chemische- en ICT-kennis koppelen aan deze opgave. Het wiel hoeft dus niet opnieuw uitgevonden te worden. We gaan de benodigde kennis en technieken die beschikbaar zijn in de wereld bij elkaar brengen om geautomatiseerde forensische microscopie te realiseren.”
Standaardiseren en programmeren
Het project moet leiden tot één opstelling en één manier van werken die in alle deelnemende landen op te zetten en toe te passen is. “Daarvoor zullen we veel moeten standaardiseren en breed inzetbaar moeten maken. Vanaf bijvoorbeeld de tape waarmee de sporen van de bewijsstukken worden gehaald, die geschikt gemaakt moet worden voor microscopie. Tot en met de automatisering van de microscoop en het scannen van de sporen op de tape”, legt Van der Weerd uit.
“Bovendien moeten computerdeskundigen de nodige algoritmes programmeren om de beelden te kunnen omzetten naar informatie, zodat je weet naar welk soort spoor je kijkt. Behalve de voor de hand liggende sporen kunnen we dan ook de minuscule deeltjes van andere sporen, die niet met het blote oog waar te nemen zijn, ontdekken en classificeren.”
Start rond de zomer
Half april 2018 hebben de Shuttle-partners een afspraak in Brussel met het bestuur van het EU-programma Secure Societies voor het finale GO-besluit. De echte start van het project, dat vier jaar zal lopen, ligt naar verwachting rond de zomer. Van der Weerd, “Ik ben maar een klein radertje in het geheel maar ik kan niet wachten om aan de slag te gaan.“