Tekst Meike Willebrands

Het is 10 juli 2003 in de nacht, een hoogbejaarde man ligt thuis te slapen. Het is pikdonker als hij plots wakker wordt. Zijn handen en voeten zijn vastgebonden met ducttape. In zijn slaapkamer staan twee gemaskerde mannen. Hij voelt een harde klap en er volgen er nog meer. Vervolgens wordt hij met een mes in zijn gezicht gestoken. Hij is bang. Niet veel later vertrekken de mannen. Zij laten hun slachtoffer hevig bloedend aan zijn hoofd en handen achter. Hij weet zich los te maken en schakelt snel de hulpdiensten in. Het lijkt een nachtmerrie, maar deze nacht is de realiteit voor deze man. De politie tast lang in het duister over wie de belagers zijn en de zaak belandt als coldcase op de plank. Totdat nu, bijna twintig jaar later, DNA-sporen op de tape alsnog voor een veroordeling zorgen. 

De gemaskerde mannen waren vermoedelijk op zoek naar contant geld in de boerderij in Zwolle waar het slachtoffer woonde. De alleenstaande, bejaarde man had namelijk een bloemenhandel aan huis. In de boerderij doet de politie sporenonderzoek. De stukken tape waaruit de man zich in de nacht van 9 op 10 juli 2003 weet te bevrijden, treft de politie aan op en onder het bed, in de keuken en in een bergruimte van de woning. De politie stuurt die voor onderzoek naar het NFI. 

Bij het NFI doen verschillende deskundigen in 2003 onderzoek aan de tape. DNA-deskundige Anouk Schroeijers onderzoekt de tape en de stukjes van een latex handschoen die daaraan zijn blijven plakken. Zij vindt DNA-sporen van twee onbekende mannen: man A en man B. De sporen leveren geen match op in de DNA-databank en daarmee loopt het spoor dood. Als er voor de politie onvoldoende aanknopingspunten zijn om verder te gaan met de zaak, belandt die als coldcase op de plank. 

Doorbraak

Tot jaren later, op 14 januari 2014, een man in het kader van de ‘wet veroordeelden’ verplicht zijn DNA moet afstaan voor opname in de DNA-databank, omdat hij een ander delict heeft gepleegd. Zijn DNA-profiel levert een match op met het spoor van onbekende man A, afkomstig van de tape. Het blijkt te gaan om Salim S. Het betekent een onverwachte doorbraak in de zaak van de zwaar mishandelde bloemenhandelaar. Dankzij deze match wordt het onderzoek weer heropend. Op het NFI vindt door DNA-deskundige Bas Kokshoorn in maart 2015 nieuw en aanvullend DNA-onderzoek plaats aan de stukken tape en delen van de latex handschoen. Die tape is dan interessant omdat de verdachte, Salim S, een alternatief scenario schetst dat zijn DNA op de stukken tape zou verklaren. Hij heeft, in tegenstelling tot wat het Openbaar Ministerie (OM) denkt, niets met het misdrijf te maken, zo beweert hij.
 

Salim S. verklaart onder meer dat hij twee mannen vlakbij het huis van de bloemenhandelaar heeft afgezet. Daarom is zijn telefoon daar bij een zendmast in de buurt aangestraald. Hij is naar eigen zeggen niet bij de mishandeling van de bejaarde man betrokken. Hij gebruikt tijdens zijn werk en klusjes regelmatig tape en had zijn rol ducttape uitgeleend. Dat zou zijn DNA op de ducttape waarmee de bloemenhandelaar was vastgetapet verklaren. 

Puzzelen met tape

Om de scenario's van het OM en de verdachte te toesten, heeft Richard Visser, deskundige kras,- indruk,- en vormsporen bij het NFI, alle stukken tape minutieus onderzocht. “Eerst heb ik het zogeheten ‘souche-onderzoek’ gedaan. Daarmee probeer ik antwoord te geven op de vraag of alle stukken tape van dezelfde rol afkomstig zijn en in welke volgorde de stukken aan elkaar vast hebben gezeten”, legt hij uit. Hij puzzelt de stukken letterlijk weer aan elkaar. Van begin tot einde, en dat is monnikenwerk. Zijn conclusie: alle stukken tape zijn inderdaad van één rol afgehaald, ook achterhaalt hij de volgorde. Zo weet hij precies waar welk stuk tape op de rol heeft gezeten voordat het slachtoffer werd vastgetapet.
 

Zaten deze stukken tape aan elkaar?

“Vervolgens is de vraag: waar op de stukken tape zitten dan de DNA-sporen van de verdachte? Als hij de rol enkel heeft vastgepakt, zoals hij beweert, verwacht je DNA van hem op een stuk tape dat van de buitenste laag van de rol komt. Die pak je immers vast”, vertelt Visser. “Maar, zijn DNA, onder meer veel bijtsporen, zat diep door de hele rol heen. Dus ook op ook stukken tape van de onderliggende lagen. Dat kun je niet verklaren door enkel vastpakken.”

Sterke aanwijzing

DNA-deskundige Kokshoorn doet aanvullend DNA-onderzoek op de tape. Onder meer om te kijken of hij ook DNA van andere personen op die rol tape kan vinden. Kokshoorn: “Maar dan nog blijft de vraag: wat is de kans dat je DNA van de verdachte zo ver in de rol aantreft als hij de rol tape alleen eerder heeft gebruikt? Past dat sporenbeeld beter bij de verklaring van de verdachte of bij het scenario van het OM dat hij de tape heeft gebruikt en uitgerold om de verdachte vast te binden?” Visser en Kokshoorn komen in hun gezamenlijke rapport tot de conclusie dat de resultaten van het onderzoek ‘zeer veel waarschijnlijker’ zijn als Salim S. de tape van de rol heeft gescheurd of gebeten en het slachtoffer ermee heeft vastgemaakt, dan als een andere onbekende persoon dat zou hebben gedaan.
 

Toch is de rechtbank niet overtuigd en spreekt verdachte Salim S. in oktober 2015 vrij. De rechters achten het alternatieve scenario van de verdachte niet ondenkbaar. De verdachte matcht wel met meerdere DNA-sporen op de tape, maar die kunnen er volgens de rechtbank ook op een andere manier gekomen zijn. “Wat hier vooral een rol speelt is dat twee van die sporen een zeer grote overeenkomst met het DNA-profiel van de verdachte hebben”, vertelt Kokshoorn. ”Maar dat zijn sporen aan het uiteinde van rol tape. Dat is volgens de rechtbank nog verklaarbaar omdat dat ook kán komen doordat hij de rol alleen maar heeft vastgehouden. Er zit ook wel een spoor veel dieper in die rol. Maar dat spoor heeft een lagere bewijskracht omdat het om een mengspoor gaat van het DNA van de verdachte met het DNA van het slachtoffer.” In 2003 berekende deskundige Schroeijers een kans van 1 op 3 miljoen dat het DNA-profiel van een willekeurig gekozen persoon overeenkomt met dat spoor. Die kans kan bij DNA veel hoger zijn: tot 1 op 1 miljard. Deze lagere kans vindt de rechtbank onvoldoende om te concluderen dat dit meer relevante DNA-spoor met zekerheid van de verdachte is.

Nieuwe technieken

Toch meent Kokshoorn dat de genoemde sporen niet los, maar in samenhang bekeken zouden moeten worden. “Het DNA-profiel van het spoor aan de buitenkant van de tape én het DNA-mengpofiel van het spoor dieper in de tape komen overeen. Dat biedt steun voor het feit dat deze sporen DNA van dezelfde persoon bevatten, iets dat ook verwacht kan worden omdat de sporen allemaal op tape van dezelfde rol zijn gevonden. De overeenkomst met het DNA-profiel van de verdachte kun je daar vervolgens niet los van zien.” Het OM gaat tegen de vrijspraak in beroep.
 

Voor het hoger beroep doet Kokshoorn opnieuw aanvullend onderzoek aan de DNA-sporen. Door de jaren heen zijn de technieken sterk verbeterd. Hij kijkt daarom met nieuwe technieken naar het spoor dat diep in de rol werd aangetroffen. “In 2003 keek het NFI nog naar tien kenmerken van het DNA, inmiddels zijn dat er 23. Die hebben nog meer persoonsonderscheidend vermogen en dus kwam ik tot een hogere bewijskracht die steun gaf voor de aanwezigheid van DNA van de verdachte in dat mengspoor.”

Hoe passen de verschillende stukken tape aan elkaar? (niet de rol tape uit de zaak, red.)

Tweede verdachte

Door de verklaringen van Salim S. komt ook de tweede verdachte in het vizier van de politie: Mujib A.G., die op dat moment in Engeland verblijft. In 2016 blijkt dat het DNA-profiel van de onbekende man B matchte met zijn DNA-profiel in de Engelse databank. Mujib A. G. wordt op 14 juni 2017 overgeleverd aan Nederland. Ook deze verdachte ontkent betrokkenheid bij de gewelddadige overval. Volgens zijn verklaring heeft hij een gereedschapskist uitgeleend aan medeverdachte Salim S. Daarin zouden de door hem eerder gebruikte latex handschoenen en een gebruikte rol ducttape hebben gelegen.

Het NFI doet vervolgens ook aanvullend DNA-onderzoek naar deze tweede verdachte. En naar het afgescheurde vingertopje dat zat vastgeplakt op de tape. Vermoedelijk had de verdachte die in de haast kapotgetrokken aan de plakkerige tape. “In het vingertopje en op de tape vinden we inderdaad het DNA van Mujib. A.G.”, weet Kokshoorn nog. De rechtbank gaat niet mee in zijn verklaring en veroordeelt hem tot zes jaar celstraf. De verdachte gaat in hoger beroep tegen zijn vonnis. Daar komt hij weer met een nieuwe verklaring, maar het gerechtshof schuift die ter zijde.

Duidelijkheid

In maart 2022, bijna twintig jaar later, oordeelt het gerechtshof alsnog dat de beide mannen betrokken zijn bij de poging doodslag en de wederrechtelijke vrijheidsberoving. Het duo moet ruim vijf jaar de gevangenis in. De vele inspanningen van de politie, het OM en het NFI resulteren na twee decennia alsnog in gerechtigheid. Kokshoorn: “Er is nu eindelijk duidelijkheid voor nabestaanden. Het is mooi dat ons onderzoek heeft bijgedragen aan de waarheidsvinding. Dit is een typisch voorbeeld van het succesverhaal van DNA, de stille getuige. Het is een heel krachtig opsporingsmiddel, ook na al die jaren. Daarnaast kunnen de sporen ons ook steeds meer vertellen over hoe en wanneer ze zijn ontstaan. We hebben steeds meer kennis over hoe sporen zich gedragen.” Zijn collega Visser vult hem aan. “Dat is bijzonder aan dit werk. Ik heb een sterke honger naar het oplossen van een zaak. Een stukje van het verhaal vertellen en zo bijdragen aan de waarheidsvinding.”

Onderste uit de kan

Ook Fred van Hemert, als rechercheur nauw betrokken bij de zaak, is opgelucht over dit arrest. Hij sluit zich aan bij de uitspraak van een familielid van het slachtoffer die hij niet mooier kan verwoorden. “Alles is gelukt in deze zaak. Het onderste is uit de kan gehaald. De samenleving vergeet snel maar slachtoffers en nabestaanden niet.” Het is een omvangrijk dossier, waaruit blijkt dat veel werk is verzet door collega’s. “Het voelt goed dat ik samen met het coldcaseteam Oost-Nederland hier een bijdrage aan heb mogen leveren.”

Het slachtoffer heeft de uitspraak niet meer mogen meemaken. Hij overleed in 2016.