Tekst Ruben Murk
Het Openbaar Ministerie (OM) stelde onlangs het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) opdracht te gaan geven om DNA-verwantschapsonderzoek uit te voeren in de zaak rond de zogenoemde ‘containerbaby’. Het OM hoopt zo de identiteit van het kindje definitief te achterhalen.
Het NFI zoekt met het DNA-profiel van het kindje in de DNA-databank voor strafzaken naar biologische verwanten. Dat kan iets opleveren als in de databank een DNA-profiel van een familielid zit.
@NFI stelt en beantwoordt vijf vragen over DNA-verwantschapsonderzoek.
Wat is DNA-verwantschapsonderzoek?
Bij dit verwantschapsonderzoek onderzoekt het NFI of DNA-profielen van verschillende personen wijzen op (genetische)verwantschap tussen deze personen. DNA-profielen van verwanten lijken meer op elkaar dan DNA-profielen van willekeurige personen. Bij het DNA-verwantschapsonderzoek worden de DNA-profielen van de verschillende personen met elkaar vergeleken en voeren deskundigen een statistische berekening uit om de bewijskracht vast te stellen. Op basis hiervan kan het NFI een uitspraak doen over de mate van verwantschap.
Hoe vaak wordt DNA-verwantschapsonderzoek ingezet?
DNA-verwantschapsonderzoek is mogelijk sinds een wetswijziging in april 2012. Het NFI heeft sindsdien 33 keer DNA-verwantschapsonderzoek uitgevoerd en dat leidde vijf keer tot een positief resultaat. Voorheen werd DNA-verwantschapsonderzoek vooral ingezet in cold casezaken, tegenwoordig speelt DNA-verwantschapsonderzoek steeds vaker een rol in lopende opsporingszaken.
Welke familieleden zijn nodig voor een DNA-verwantschapsonderzoek?
DNA-verwantschapsonderzoek in de DNA-databank is voornamelijk gericht op het vinden van eerstegraads verwanten: ouders, kinderen, broers en zussen. DNA-profielen van ouders en kinderen zijn grotendeels hetzelfde. Het achterhalen van verwantschappen tussen broers en zussen is ingewikkelder, omdat het aantal overeenkomsten sterk uiteen kan lopen.
Hoe lang duurt het voordat er resultaten zijn?
Het kan enkele maanden duren voordat het NFI het OM op de hoogte kan brengen van de resultaten. Elk DNA-verwantschapsonderzoek in de databank levert enkele tientallen DNA-profielen op die sterke overeenkomsten vertonen met het DNA-profiel waarmee wordt vergeleken. Die DNA-profielen moeten verder genetisch worden onderzocht, om vast te stellen welke DNA-profielen daadwerkelijk van verwanten zijn. Daar gaat de nodige tijd inzitten en gebeurt handmatig.
Soms is er overeenkomst met profielen die al langere tijd in de DNA-databank staan. Van deze oudere profielen zijn minder kenmerken opgeslagen. Daarom moeten de oude profielen opnieuw worden geanalyseerd met de huidige technische mogelijkheden. Ook dat vergt tijd.
Wanneer is sprake van een match?
Verwantschapsdeskundigen van het NFI spreken nooit over een match, maar doen een uitspraak over de mate van verwantschap en de bewijskracht.