Tekst Marieke van der Molen
Het is het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) als eerste instituut gelukt om de gecodeerde rijgegevens die het automerk Tesla opslaat in haar auto’s, uit te lezen, te vertalen én te publiceren. De resultaten zijn door de onderzoekers gepresenteerd op een congres voor analisten van verkeersongevallen, zodat zij overal ter wereld ook van de informatie kunnen profiteren. Digitaal onderzoeker Francis Hoogendijk van het NFI ontving van over de hele wereld telefoontjes over de publicatie. “Ik wist wel dat het bijzonder was, maar zoveel interesse heeft me wel verbaasd. Er waren zelfs technische hogescholen uit andere landen die contact zochten.”
De in Delft opgegroeide Francis Hoogendijk vindt de techniek van auto’s al van jongs af aan fascinerend. Hij besloot na het VWO werktuigbouwkunde te studeren aan de TU Delft. “Ik woonde in Delft dus de TU lag voor de hand.” De studie werktuigbouwkunde vond hij bij nader inzien te breed. “Het gaat over de werking van alle technische apparaten. Ik wilde eigenlijk alleen iets met systemen in auto’s. Dat kon nog niet op de universiteit. Ik besloot dus om te switchen naar HBO autotechniek.” Tijdens die studie kreeg hij de mogelijkheid om via een versnelde weg door te stromen naar de nieuw opgerichte master ‘Automotive Technology’ aan de TU Eindhoven. Zijn stage liep hij bij het NFI, waar hij na zijn studie mocht blijven. “Ik ben aangenomen om op digitaal vlak voertuigonderzoek te doen. Dus ik doe niet alleen verkeersongevallen. We signaleren samen met de politie relevante trends waar we op inspringen. Zoals de trend om infotainment systemen in auto’s net zo te versleutelen als we ook met onze mobiele telefoons doen. Dat kost hierdoor meer tijd om te onderzoeken.”
SD-kaartje in Tesla
Het onderzoek van Hoogendijk naar de gegevens die Tesla opslaat, startte naar aanleiding van een ernstig auto-ongeluk op de Nederlandse wegen met een Tesla in 2016. Het was een heftig ongeval, herinnert Hoogendijk zich. “De bestuurder van dat ongeluk was om het leven gekomen. De brandweer bluste de brand, maar de auto vloog steeds opnieuw in brand.” De brandweer vreesde dat de auto onder stroom stond, omdat het accupakket ernstig beschadigd was. Er kwamen technici van Tesla ter plaatse om de hulpverleners te assisteren. “Tesla heeft teams in Europa om ernstige ongevallen te onderzoeken voor productverbetering. Ze waren toevallig in de buurt en konden dus helpen. Het viel de politie op dat ze een geheugenkaart uit de Tesla wilden halen. De politie wilde natuurlijk weten welke gegevens op dat SD-kaartje stonden en namen het in beslag.”
De Teslatechnici kregen een kopie voor hun onderzoek en ook het NFI kreeg een kopie voor R&D-onderzoek naar de inhoud van de data. Hoogendijk: “Ik was net begonnen bij het NFI en we waren juist aan het oriënteren wat ik als eerste zou oppakken. Dit kwam voorbij en daar ben ik op in gesprongen.”
Computernetwerk op wielen
Het onderzoek duurde uiteindelijk vijf jaar. “Af en aan waren we ermee bezig. Met name wanneer er een strafrechtelijk onderzoek was met een nieuw systeem of software versie.” Om de gegevens uit te kunnen lezen en te vertalen, heeft het NFI onder laboratorium omstandigheden onderzoek gedaan hoe het voertuig beweegt en hoe het kaartje die gegevens opslaat. “We moesten de data inzichtelijk krijgen. Het gaat om bits en bytes en we moesten die vertalen naar bruikbare signalen zoals bijvoorbeeld voertuigsnelheid.” Een moderne auto, en zeker een Tesla, is een complex computernetwerk op wielen, vertelt Hoogendijk. Vanaf dat de auto van de fabrieksband afrijdt, slaat-ie van alles op. Eens in de zoveel tijd haalt Tesla deze informatie via een 4G-verbinding op. “Tesla wil kijken wat hun product in het wild doet om het product te verbeteren. Of om mensen te helpen met een storing.”
Het was al bekend dat voertuigen van Tesla Motors ongeval gerelateerde data in een Event Data Recorder (EDR) opslaan. Onderzoekers ontdekten nog veel meer gegevens, die ook nog eens relevant voor forensisch onderzoek blijken. De auto’s slaan onder andere informatie op over de werking van rijhulpsystemen zoals de Autopilot – Tesla’s rijhulpsysteem. Daarnaast registreren ze ook voertuigsnelheid, gaspedaalstand, stuurwielhoek en rembediening. “Deze data bevatten een schat aan informatie voor forensisch onderzoekers en analisten van verkeersongevallen en kunnen helpen bij een strafrechtelijk onderzoek na een dodelijk verkeersongeval of een ongeval met letsel”, zegt Hoogendijk.
Data gerichter opvragen na ongeval
Nu dankzij het NFI bekend is wat voor soort data allemaal uit een Tesla te halen vallen, kunnen bepaalde gegevens nog gerichter worden opgevraagd voor de waarheidsvinding na een ongeval. “We hadden natuurlijk al toegang tot data in de EDR, maar nu zagen we dat we nog meer forensisch relevante informatie uit de auto konden verkrijgen. Geen grote schokkende dingen, maar wel meer gedetailleerde informatie”, aldus Hoogendijk. Juist die details kunnen nuttig zijn. Wanneer de airbag geactiveerd wordt, geeft die de computer in de auto een signaal om kortstondig extra gedetailleerd te loggen. “Die extra details hadden we anders niet boven tafel gekregen.”
“Het beschikbaar hebben van dit soort gegevens maakt een gedetailleerder onderzoek van ongevallen mogelijk, met name naar de rol van de rijhulpsystemen,” zegt Hoogendijk. Hij geeft een voorbeeld. “In een Nederlandse zaak hebben we kunnen zien hoe een bestuurder te veel vertrouwen kreeg in de autopilot. De bestuurder merkte niet dat hij alleen de adaptieve cruise control, die de snelheid regelt, activeerde en niet de lane keeping assistant, die de auto in de rijbaan houdt. De bestuurder raakte vervolgens te lang afgeleid. Dit zorgde ervoor dat de Tesla op de andere rijbaan terechtkwam, wat resulteerde in een fatale crash.”
Betrouwbaarheid data
In de gepubliceerde paper beschrijft het NFI waar welke informatie te vinden is in de verschillende typen voertuigen van Tesla. Het beschrijft ook hoe het mogelijk is om toegang te krijgen tot deze gegevens en welke voorzorgsmaatregelen moeten worden genomen voor de verwerving en analyse. “We hebben in 2019 en 2020 bij het NFI testen uitgevoerd met een Tesla Model S, zodat we ook de nauwkeurigheid van de geregistreerde metingen konden vastleggen,” vertelt Hoogendijk. “We hebben geanalyseerd hoe het registratiesysteem werkt, onder andere door de software tot in detail uit te pluizen. Om goed in te kunnen schatten welke gegevens gevorderd kunnen worden, is het essentieel om te weten welke data een auto allemaal opslaat, uit welke bron en hoe vaak ze dat doen. En hoe exact die data kloppen met de werkelijkheid.” De metingen van voertuigsnelheid in de logbestanden bleken zeer nauwkeurig. De afwijkingen waren kleiner dan circa 1 kilometer per uur.
Internationale wet en regelgeving voor toegankelijker data
Hoogendijk is er voorstander van dat er internationale wet- en regelgeving komt om autofabrikanten transparanter te laten zijn over welke gegevens worden opgeslagen: “Mijn onderzoek zorgt ervoor dat we weten welke informatie nu aanwezig is in Tesla’s. Het was een tijdrovend proces. Het zou goed zijn als het in de toekomst door de automerken zelf openbaar wordt gemaakt.” Het is onbekend of andere voertuigfabrikanten momenteel gegevens op een detailniveau over lange perioden registreren. “Als we beter zouden weten welke gegevens autofabrikanten allemaal opslaan, kan er ook gerichter gevorderd worden via de rechtbank of door het Openbaar Ministerie. En uiteindelijk dient dat het belang van waarheidsvinding na een ongeval.”