Vrouwen krijgen vaker een blauwe plek dan mannen. En bovendien blijven blauwe plekken bij vrouwen langer zichtbaar. Dat waren althans de uitkomsten uit het onderzoek dat Maud van Velthoven uitvoerde onder ruim 80 medewerkers van het NFI.

Wat is de invloed van factoren als leeftijd, geslacht of de conditie van het slachtoffer?

Van Velthoven studeerde forensisch onderzoek aan de Hogeschool van Amsterdam en onderzocht tijdens haar stage bij het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) onder andere hoelang blauwe plekken zichtbaar blijven. En blijven ze vooral zichtbaar bij kunstlicht of met behulp van een forensische lichtbron? En wat is de invloed van factoren als leeftijd, geslacht of de conditie van het slachtoffer?

Collega's pijnigen

Even terug naar het begin. Begin dit jaar kregen medewerkers van het NFI een opvallend verzoek in hun mailbox. Of ze wilden meewerken aan een onderzoek naar blauwe plekken. Van Velthoven zou een metalen cilinder met een stomp uiteinde op hun onderarm laten vallen. Op zeven verschillende tijdstippen zou ze foto’s maken om te kijken of er een bloeduitstorting zichtbaar werd en zo ja, hoelang deze zichtbaar zou blijven.

De omstandigheden waren voor iedereen exact hetzelfde. De proefpersoon zat, Van Velthoven gebruikte altijd dezelfde cilinder die van exact 1 meter hoogte altijd met dezelfde snelheid viel. Ook leverde het onderzoek voldoende gegevens op, om tot betrouwbare resultaten en conclusies te komen.

Jong en oud

“Het onderzoek heeft verschillende inzichten opgeleverd”, vertelt Van Velthoven met de resultaten in haar hand. “Als het gaat om instellingen van de camera: foto’s moeten nooit te licht zijn. Blauwe plekken zijn beter zichtbaar op donkerdere foto’s. Daarnaast blijkt forensisch licht onder bepaalde omstandigheden het beste extra hulpmiddel om blauwe plekken zichtbaar te maken.”

Maar in haar onderzoek noteerde Van Velthoven ook nauwgezet of iemand een blauwe plek kreeg en hoe die blauwe plek zich ontwikkelde. “Jongere mensen krijgen minder snel een blauwe plek dan oudere mensen”, toont ze aan de hand van een tabel. “Mogelijke verklaringen zijn dat de huid van jongeren steviger en elastischer is en sneller herstelt dan de huid van oudere mensen.”

“Het NFI werkt nauw samen met het Academisch Medisch Centrum (AMC) in Amsterdam."

Vrouw

Maar wat vooral opvalt in de gegevens is dat veel meer vrouwen een blauwe plek kregen dan mannen. Zo kregen alle vrouwen van boven de 35 jaar een beurse plek. In de groep vrouwen tussen de 20 en 35 jaar kreeg circa 60 procent een blauwe plek. Bij mannen liggen die cijfers heel anders. Bij de groep 20-35 jaar kreeg ‘maar’ ongeveer 30 procent een blauwe plek. Bij de 36 tot 50 jarigen was dat iets meer dan 40 procent en bij de 50-plussers de helft.

Forensisch arts Huub Nijs van het NFI wijst erop dat een relatief kleine groep mensen is onderzocht. “Het NFI werkt nauw samen met Maurice Aalders van het Academisch Medisch Centrum (AMC) in Amsterdam. Het AMC kan de door Van Velthoven ontwikkelde methode mogelijk gebruiken voor het maken van een ‘standaard’ blauwe plek bij levende proefpersonen.”