Je gaat naar een melding en treft er explosieven of levensgevaarlijk chemisch materiaal. Hoe pak je dat aan?

"Het pand aan de Loodsgracht in Den Helder lag tot de nok toe gevuld met divers en vooral levensgevaarlijk explosief materiaal."

Het pand aan de Loodsgracht in Den Helder lag tot de nok toe gevuld met divers en vooral levensgevaarlijk explosief materiaal. Bij het huis aangekomen, wilden de dienstdoende agenten maar één ding weten: hoe pakken we dit op een veilige manier aan?

“De agenten bellen eerst met hun Teamleider CBRN-Explosieven Veiligheid (TEV) die gespecialiseerd is in onder andere explosieven. Die kan nu direct met ons bellen om een zaak te bespreken”, zegt Sjoerd Bloemsma, projectleider Centrex CBRN-E - het expertisecentrum voor chemische, biologische, radiologische of nucleaire explosieven (CBRNe) - in Waddinxveen. Hij zette het op in opdracht van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV).

Afghanistan

Centrex CBRN-E is een kennisknooppunt van nationale en internationale expertise op het gebied van CBRNe voor de ‘first repons’ organisaties. Die kennis is in Nederland over ruim zeventig loketten versnipperd, concludeerde Bloemsma na onderzoek. “Mensen op de grond willen informatie, maar verdwalen in de vele loketten. Zonde, want ze missen dan ook kennis en ervaring van experts buiten politie, zoals Defensie of het NFI.” Tenminste, als het NFI zich bij Centrex aansluit.

Doel van dat ene loket: snel kennis ontsluiten. Zoals in Den Helder. “Wij hebben een expert gestuurd om te adviseren”, vertelt Bloemsma. Een goed voorbeeld van de manier waarop het expertisecentrum, tien man politie en nu ook mensen van Defensie, werkt. “Ik vind dat een politieagent hier in Nederland recht heeft op de kennis en kunde die Defensie heeft opgedaan in Afghanistan. En andersom, trouwens.”

"De Criminele Inlichtingen Eenheid kreeg een tip dat de grondstof voor de zeer gevaarlijke zenuwgas te koop was aangeboden."

Kaartenbak

Dat die samenwerking noodzakelijk is, bleek uit een andere zaak toen Centrex nog niet bestond: sarin in Limburg. De Criminele Inlichtingen Eenheid kreeg een tip dat de grondstof voor de zeer gevaarlijke zenuwgas te koop was aangeboden. Bloemsma: “Iedereen was erbij betrokken: politie, GHOR … maar Defensie toen nog niet.” Zonde, want hun specifieke kennis over chemische wapens had het onderzoek kunnen vergemakkelijken. Nu moesten politie en GHOR zelf op zoek naar specialisten. Centrex CBRN-E  heeft die kennis in haar kaartenbak zitten; direct ter beschikking voor degene die het nodig heeft.

Naast operationele bijstand doet Centrex ook actief onderzoek en adviseert over veiligheidsmaatregelen. En daar, aan de ‘voorkant’, ziet Bloemsma een rol weggelegd voor bijvoorbeeld het NFI. “Hun ervaring met de praktijk komt voort uit opsporing en bewijslast. Die kennis kunnen we ook aanwenden om te voorkomen; om pro-actief op te treden dus.” Dus niet alleen nadat iets is gebeurd, de ‘achterkant’, maar ook om ongelukken te voorkomen.