Tekst Ruben Murk
Leeftijdsbepaling aan de hand van DNA: onderzoekers Pernette Verschure (UvA) en Ate Kloosterman (NFI) ontwikkelen een test die dit mogelijk moet maken. Een nieuwe stap in het onderzoek naar subtiele veranderingen in het DNA bij veroudering.
Geografische herkomst, kleur ogen, kleur haar: het DNA-onderzoek naar uiterlijke persoonskenmerken heeft in korte tijd een grote vlucht genomen. Nog een stap verder gaat het onderzoek dat zich richt op de subtiele veranderingen in het DNA die optreden naarmate we ouder worden. Deze epigenetische kenmerken kunnen nog meer informatie verschaffen, zoals de leeftijd van onbekende DNA-donoren.
Meer informatie halen uit DNA
Kloosterman, bijzonder hoogleraar en DNA-wetenschapper bij het NFI, leidt het onderzoek samen met Verschure van de Universiteit van Amsterdam. In de eerste fase wordt de test voor leeftijdsbepaling ontwikkeld. Daarna wordt onderzocht hoe betrouwbaar en nauwkeurig de test is als deze wordt toegepast op forensische monsters.
Kloosterman: “In forensisch onderzoek heb je vaak weinig materiaal of het is van slechte kwaliteit. Hoe meer gegevens je kunt verzamelen, des te meer je over een persoon te weten kunt komen. Dit kan onder andere bij de bestrijding van criminaliteit een rol spelen. Denk aan mogelijke slachtoffers van mensenhandel of daders van delicten. Maar ook het vaststellen van de identiteit van onbekende doden.”
Leeftijdsbepaling niet bij elke zaak
Toch zullen forensisch onderzoekers niet meteen hun toevlucht nemen tot leeftijdsbepaling aan de hand van DNA. Pas als het DNA-profiel en het raadplegen van de databank niets opleveren, zou het onderzoek naar de leeftijd een optie kunnen zijn. “We zijn heel zuinig met DNA-materiaal. Je kunt het maar één keer gebruiken”, houdt Kloosterman voor.
Voor het ontwikkelen van de test zal in eerste instantie gebruik worden gemaakt van DNA-materiaal van vrijwilligers. “Er zijn genoeg studenten Forensic Science die daarvoor wangslijmvlies willen afstaan. Maar we hebben natuurlijk ook DNA-materiaal uit andere leeftijdscategorieën nodig. Ook dit soort praktische kanten zijn voor het onderzoeksproject van belang.”
Onzekerheidsmarge verkleinen
Een ander belangrijk aspect is dat voor de leeftijdsbepaling bij het forensisch onderzoek nog geen wetgeving is. Daardoor kan de test in Nederland ook nog niet worden toegepast in strafzaken. Bovendien moet de onzekerheidsmarge eerst verder worden onderzocht en verkleind. “De wetenschappelijke literatuur spreekt over een onzekerheidsmarge van vijf jaar bij de bepaling van de leeftijd. Die marge willen we verkleinen. Met de subsidie die we hebben gekregen voor de komende twee jaar kan het onderzoeksteam een belangrijke eerste aanzet doen.”