Tekst Ruben Murk

Reinout Woittiez volgt Tjark Tjin-A-Tsoi op als algemeen directeur van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI). De van huis uit bioloog was in de afgelopen jaren kwartiermaker voor de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied (ODNZKG). @NFI maakt kennis met de nieuwe directeur.

"We moeten denken vanuit de zaak en vanuit de opdrachtgever."

Woittiez studeerde biologie aan de Landbouwuniversiteit in Wageningen, werkte voorheen als plaatsvervangend directeur-generaal bij het RIVM en als directeur van de sector Milieu en Veiligheid. Daarvoor was hij in dienst bij de Algemene Inspectie Dienst van het RIVM.

Wie is Reinout Woittiez?

“Ik ben bijna 59 jaar oud, zeer gelukkig getrouwd en ik heb twee dochters. Ik ben bioloog en aanhanger van de verlichting. Dat betekent zaken overdenken en op basis daarvan redelijke besluiten nemen. In mijn vrije tijd houd ik van fotograferen.”

Is de overstap van de ODNZKG naar de forensische wereld wel zo logisch?

“Milieu en veiligheid zijn een rode draad in mijn carrière. Bij de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied heb ik gekeken wat de behoeftestelling op het gebied van veiligheid was. Die behoefte moest worden vertaald naar toegesneden dienstverlening. Als ik naar het NFI kijk, moeten we een innovatieve dienstverlener blijven. Daarnaast komt ook mijn politiek-bestuurlijke gevoel van pas. Ik denk dat dit in combinatie met mijn achtergrond als wetenschapper een goede menging is.”

U stapt al na 2,5 jaar over. Was u al klaar bij de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied?

“De overstap komt te snel. Ik was hier nog niet klaar. Aan de andere kant moet je als bouwpastor het huis ook durven overdragen aan de bewoners. Die kunnen de inrichting van het huis dan samen verder naar hun hand zetten. Ik heb lang nagedacht, maar er ligt bij het NFI een prachtige opgave.”

Welke?

“Het NFI moet zijn vooraanstaande rol in de forensische wereld behouden. Ik zou dat duurzaam behoud willen noemen. Daarmee bedoel ik dat we met innovatie onze betekenisvolle positie binnen de strafrechtsketen op langere termijn waarborgen. Die strafrechtsketen moet zeggen: het NFI helpt ons het werk effectiever en gemakkelijker te maken.”

“Het NFI moet een ontvankelijke opdrachtnemer zijn: luisteren naar de wensen en behoeften van de opdrachtgevers."

De opdrachtgever moet centraal staan?

“Het NFI moet een ontvankelijke opdrachtnemer zijn: luisteren naar de wensen en behoeften van de opdrachtgevers. We moeten denken vanuit de zaak en vanuit de opdrachtgever. Tegelijkertijd moet het NFI wel een opdrachtgever zijn die zelf ook iets te melden heeft. Het NFI heeft forensische kennis die andere partijen binnen de strafrechtsketen niet hebben.”