Asli Turkes beheert met de Historische Commissie van het NFI een unieke collectie forensische instrumenten. De verzameling illustreert de ontwikkeling van de Nederlandse forensische wetenschap.

"Aan de muur hangen oude meesters. Prachtige, museale portretten of Bijbelse taferelen."

De collectie forensische objecten en instrumenten is aanzienlijk. Ze toont de snelle ontwikkeling van de forensische wetenschap en illustreert tegelijkertijd de geschiedenis van het instituut. Deze geschiedenis wil Turkes, voorzitter van de commissie, ontsluiten. Niet om een museum te starten in het NFI-gebouw aan de Laan van Ypenburg, wel om te tonen aan vakgenoten.

Nep-El Greco

Veel is al te zien in enkele vitrines op de eerste en tweede verdieping van het NFI. De meest opvallende stukken daarin zijn bijvoorbeeld de eerste kogels die het instituut onderzocht, gelabeld met een deel van het geboortekaartje van dochterlief door de toenmalige directeur Hulst, patholoog-anatoom, van (toen nog) het Laboratorium voor Gerechtelijke Pathologie. Of een complete forensische koffer uit de jaren vijftig waarmee de experts ter plaatse onderzoek verrichtten. 

Aan de muur hangen oude meesters. Prachtige, museale portretten of Bijbelse taferelen. Ooit binnengebracht voor een groot onderzoek naar meestervervalser Han van Meegeren. Uitkomst: nep-El Greco’s. Niet van de beroemde Griekse kunstschilder.

"De collectie is zo uitgebreid, dat het NFI op basis van veel fotomateriaal een lab uit een willekeurig decennium in de geschiedenis van het instituut kan nabouwen."

Tussen de mensen

De collectie is zo uitgebreid, dat het NFI op basis van veel fotomateriaal een lab uit een willekeurig decennium in de geschiedenis van het instituut kan nabouwen. De commissie heeft bijvoorbeeld een geheel intact en compleet bureau met microscoop en toebehoren. Daaraan werkte een van de eerste directeuren in de jaren vijftig tussen zijn onderzoekers.

Eerste forensische foto's

Ook op specialistisch niveau is de collectie compleet. Wat te denken van twee ‘speelgoedautootjes’ waarmee onderzoekers botsingen simuleerden. En een gigantische toverlantaarn van Nederlands eerste forensisch fotograaf Van Waegeningh. Hij fotografeerde in de jaren twintig en was daarnaast kapitein in het Nederlandse leger. De negatieven zijn geschonken door de familie en zijn uniek materiaal waarmee de ontwikkeling van de discipline in beeld wordt gebracht.